Surtsey

Surtsey is een bijzonder, onbewoond en jong vulkaaneiland op ongeveer 32 kilometer van de zuidkust van IJsland. Het eiland is het meest westelijk gelegen van de Vestmannaeyjar-eilanden (Westmaneilanden). Dat is een archipel bestaande uit een twaalftal eilanden en wat rotsen op de Midden-Atlantische Rug, waarvan alleen het eiland Heimaey bewoond is.

Het ontstaan van Surtsey

Surtsey ontstond pas op 14 november 1963, nadat eerder op de zeebodem op 130 diepte een vulkanische uitbarsting was begonnen. Het ontstaan van het eiland werd op 15 november 1963 ontdekt door de kok van de vistrawler Ísleifur II. Het ontstaan van het eiland ging gepaard met een scala aan vulkanische activiteiten, waardoor de opvarenden van de Ísleifur II aanvankelijk dachten dat er een schip in brand stond. De uitbarsting eindigde op 5 juni 1967 en had dus drieëneenhalf jaar geduurd. Daarmee was het de langste uitbarsting die plaatsvond in IJsland sinds de eerste bewoners in het jaar 874 naar het land toe kwamen. Aan het eind van de uitbarsting was een eiland met een oppervlakte van 2,65 vierkante kilometer ontstaan. Er waren twee grote kraters op het eiland gevormd; de Vesturbunki en de Austurbunki. De top van de Austurbunki is met 154 meter ook gelijk het hoogste punt van het eiland. Doordat een groot deel van het eiland uit zachte steen bestaat, is het door golfslag en wind inmiddels flink in oppervlakte gekrompen. Uit onderzoek in augustus 2013 bleek dat er nog 1,3 vierkante kilometer eiland over is. Er is vooral hardere steen overgebleven, waardoor het eiland het jaar 2100 waarschijnlijk wel zal halen, maar daarna waarschijnlijk niet veel langer zal blijven bestaan.

Huidige situatie

Het eiland wordt niet permanent bewoond en het betreden van het eiland is ook niet toegestaan zonder uitdrukkelijke toestemming. Wel is er een kleine hut aanwezig voor wetenschappers. Zij bestuderen voornamelijk hoe leven ontstaat op de rots zonder bemoeienis van de mens. Het gaat daarbij vooral om planten die er inmiddels groeien en de vogels die er hun nesten bouwen. Tevens heeft zich er een kolonie zeehonden gevestigd. Om het eiland te beschermen en dit soort onderzoek mogelijk te maken, is het eiland in 2008 op de werelderfgoedlijst van UNESCO geplaatst.

De naam van het eiland

De naam van het eiland komt af van de naam Surtr (wat oud Noors is voor 'de zwarte'). Surtsey betekent dus 'Het eiland van Surtr'. Surtr was in de Noorse Mythologie van de dertiende eeuw een jötunn (vuurreus), die toegang tot de vuurwereld bewaakte met het vlammend zwaard Surtalogi.

De eerste bezoekers

De eerste 'bezoekers' van Surtsey waren drie Franse journalisten van het nieuwsblad 'Paris Match', die er op 6 december 1963 voor de lol de Franse vlag plaatsten, terwijl de uitbarsting nog in volle gang was. De eerste groep IJslanders die er voet aan de grond zette, bestond uit zeven mensen onder leiding van de beroemde vulcanoloog Sigurður Þórarinsson (1912 – 1983).

Andere eilandjes

Tijdens de uitbarstingen waarbij Surtsey werd gevormd, ontstonden ook kleine eilandjes in de omgeving. Op 28 mei 1965 verscheen eerst Syrtlingur (Klein Surtsey) op ongeveer 600 meter ten noorden van het eiland. Het verdween eenmaal onder de golven, maar verscheen opnieuw, voordat het op 24 oktober 1965 definitief verwoest werd door de zee. Het eiland bereikte een maximale oppervlakte van 15 hectare. In juli 1966 verscheen op 900 meter ten zuidwesten van Surtsey het eilandje Jólnir (genoemd naar een noordse God) boven het wateroppervlak. Gedurende het bestaan ervan verdween het enkele keren onder water, maar kwam ook steeds weer terug, totdat het in oktober 1966 voorgoed de strijd met de golven opgaf en erodeerde. Op het hoogtepunt besloeg het eiland een oppervlak van 30 hectare en lag het hoogste punt 70 meter boven zee.

terug naar boven



 


Foto's

Het ontstaan van Surtsey